De reconstructie van Vermeer had nooit als doel om ‘het’ gezicht te maken. Dat ik een model nodig had was meer een aanleiding en bedoeld als referentie voor een bepaalde invalshoek die ik in gedachten had. Ik ben mijn dorpsgenoot Onno eeuwig dankbaar dat hij bereid was als model te figureren en in zeker opzicht zit er ook een Onno in Vermeer. Tegelijkertijd ben ik blij dat Vermeer onderweg ook wat is ‘ontstaan’ en gegroeid tijdens het proces. Zelfs al heeft hij meerdere transformaties ondergaan.
Zoals ons eigen gezicht ons soms ook vreemd en dan weer vertrouwd kan voorkomen, zo stel ik mij voor dat er niet één Vermeer is. Als we het portret zouden kennen, het enige zelfportret, dan zouden we voor altijd gebonden zijn aan die ene uitdrukking, die specifieke blik, dat vluchtige moment. Voor mij mag Vermeer voor altijd raadselachtig blijven. We kennen de contouren van zijn bestaan maar de details moeten we zelf invullen, en zelfs die zijn deels in schaduwen gehuld. Een beetje zoals ik hem zelf heb geprobeerd af te beelden.
WIL JE MEER WETEN?